Deze pagina geeft mijn mensbeeld weer. Dit is gebaseerd op de vijf rollen van de leerkracht. Elke rol heb ik punten gegeven en geeft aan in hoeverre ik deze rol al beheers. Ik heb het mensfiguur ingevuld voor het vak 'Wie ben ik?'. Dit is na 1 jaar opleiding en 2 verschillende stagegroepen op de Jan Thiesschool. Het mensfiguur geeft hopelijk aan het einde van de opleiding in overzicht weer hoe ik mij heb ontwikkelt gedurende de opleiding. Hiernaast vind je de puntindeling van de 40 punten die verdeeld konden worden.
De pedagoog (11)
In vergelijking met het minsfiguur aan het begin van de opleiding heb ik deze nu een punt minder gegeven. Dit komt niet omdat ik denk dat ik er minder goed in ben dan aan het begin van mijn opleiding. Maar het heeft mij doen inzien dat er bij de rol van 'de pedagoog' veel meer bij komt kijken dan alleen de omgang met kinderen. Vanuit mijn stages werd meegegeven dat ik pedagogisch wel bekwaam ben. Ik heb in mijn stages geleerd om alle leerlingen de aandacht te geven, dit door een goede band op te bouwen met de leerlingen. Toen ik bij groep 4/5 kwam en ook dagdelen les moest geven kwam ik erachter hoe belangrijk klassenmanagement is. En welke manieren er zijn om de aandacht weer te krijgen. Bij het meer lesgeven kom je er ook achter hoe belangrijk het is om de geldende regels te hanteren en deze ook na te leven. Dit allemaal om het lesdoel te behalen.
De grootste winst kan ik nog halen in het consequent naleven van de gemaakte afspraken. Bij de keren dat ik dit wel deed merkte ik dat leerlingen beter bij de les waren. Zelf denk ik ook dat leerlingen/kinderen hier echt behoefte aan hebben.
De (vak)didacticus (6)
Een schamel puntje hoger in vergelijking met het vorige mensbeeld. Door het geven van de lessen heb ik een beeld gekregen bij de lesstof die in groep 8 en groep 4/5 wordt aangeboden. Ik heb kennis verkregen in het geven van, vooral methodelessen. Dit zorgde voor mij in eerste instantie voor houvast zodat ik ervaring kreeg in het geven van lessen. Maar mij ook niet druk hoefde te maken om de lessen die ik ga geven. De feedback die ik kreeg was dat ik altijd goed voorbereid ben en goed nadenk over de lessen die ik geef. Dus welke vragen stel ik om de voorkennis te activeren? Hoe sluit ik de les af? Welke tips geef ik de leerlingen? Hoe help ik de leerlingen?
De meeste ontwikkeling kan ik nog behalen in het afwisselen van verschillende werkvormen, het leren werken met verschillende methodes en het ontwerpen van lessen die passen bij de stof die moet worden aangeboden.
De onderzoeker (10)
Ik heb de score van de onderzoeker naar een 10 gedaan. Dit jaar ben ik meer in de rol van de onderzoeker gekropen.
Allereerst ben ik altijd best kritisch op mijn eigen handelen en eigen werken. Ik kan precies benoemen wat ik dan anders zou kunnen doen of welke gevolgen mijn handelen hebben voor bepaalde situaties in de klas. Zelf wil ik het altijd graag goed doen. Dit werk ook wel eens tegen mij. Bij mijn stage bij groep 4/5 heeft mijn coach ook gezegd dat de perfecte les niet bestaat. Ook al wil ik die wel geven. In mijn beoordelingen dit jaar is de score van de onderzoeker ook 'hoog' beoordeeld. Dat laat zien dat ik mijn eigen lessen kan evalueren, feedback kan vragen en dat we ook best vaak op één lijn zitten. Mijn coach gaf daarnaast aan dat het handig was/is om het boek Teach Like a Champion thuis te hebben. Dit boek heb ik nu gedeeltelijk gelezen en heeft mij handige tips gegeven over bijvoorbeeld beurtvolgorde
Daarnaast heb ik mij ook bezig gehouden met het vak kindgerichte aanpak. Hierin deed ik onderzoek naar het gedrag van een leerling en ben ik gaan kijken hoe deze leerling het beste te helpen. In het onderwijs heb je veel verschillende leerlingen, die allemaal een eigen benadering nodig hebben. Door intensief een leerling te volgen en te komen met een plan kan deze leerling worden geholpen.
De verbinder (6)
Ik heb de rol van de verbinder met één puntje omhoog gedaan.
Tijdens mijn stage heb ik samengewerkt met medestudenten bij de terugkomdagen van de Hanze. Hier hebben we regelmatig intervisiesessies gehouden over bepaalde vraagstukken van (mede)studenten, kregen we tips van de docenten van de Hanze. Met name de intervisies hebben mij geholpen in bepaalde situaties die ik hierna zelf tegen kwam in de stage. Ook de vergaderingen die ik bijwoonde op mijn stages hebben mij een beeld gegeven hoe deze vergaderingen kunnen bijdragen aan mijn persoonlijke ontwikkeling. Ik heb tweemaal een vergadering bijgewoond die schoolbreed was en nog een keer een bouwvergadering van de middenbouw. Naast deze vormen van samenwerking heb ik beide keren een goede band gehad met de coach, dit zorgde ervoor dat ik vol vertrouwen voor de klas stond en in samenspraak het onderwijs wat ik gaf kon afstemmen op de leerlingen. De oudergesprekken die ik heb mogen bijwonen hebben mij een eerste inzicht gegeven in de opbouw van individuele gesprekken, contact met de ouders en waar zo'n gesprek dan precies over gaat. Om ook de externe leeromgeving te gebruiken ben ik naar een zandverstuiving in Rolde gegaan. Het liet mij inzien hoe ik de omgeving kan inzetten om de betrokkenheid bij de les te vergroten. Ondanks dat de rol van de verbinder niet hoog op mijn prioriteitenlijst stond om aan te werken
De ‘beïnvloeder’ (7)
Omdat ik als starter in het onderwijs graag veel te weten wilde komen dit jaar heb ik mij altijd open gesteld voor de ideeën die de coaches hadden. Wat mij echter opviel was dat er vanuit de opleiding een beeld wordt geschetst hoe onderwijs gegeven moet worden en dat in de praktijk daar maar weinig van terug te zien is. Als ik kijk naar bijvoorbeeld het ontworpen taalpakket (meerdere domeinen van de Nederlandse taal laten terugkomen in de lessen), de buitenlessen en tijd voor kunstzinnige oriëntatie vind ik dat daar tijd voor moet zijn. Echter blijkt in de praktijk dat dit lang niet altijd zo gaat.
Mijn feedback die ik kreeg van de leerkracht van groep 4-5 was dat ik goede onderbouwde keuzes maak die passen bij het handelen op de hele groep. Daarnaast vond ze dat ik nieuwsgierig was en alles wilde weten. Ik denk dat ik ook belangrijk is om uiteindelijk je eigen visie te vormen. Veel informatie opdoen. Sommige dingen wel gebruiken, en andere dingen weer niet. Het is ook steeds belangrijker om kinderen mee te geven hoe de wereld in elkaar steekt. De beïnvloeder gaat voor mij over meer dat alleen de visie van de school. Maar ook over hoe je zelf een positieve bijdrage kan leveren aan het onderwijs, naar de leerlingen. Zo wil ik niet dat leerlingen bij een beetje regen denken dat we direct niet meer naar buiten gaan, of dat het maar 'normaal' is om met de auto naar school te gaan, op internet van alles te roepen tegen een ander. Bewuster omgaan met media kan een mooi leerdoel voor mij zijn, om dit terug te laten komen in bijvoorbeeld lessen Burgerschap.
De grootste ontwikkeling die ik op dit vlak heb gemaakt heeft te maken met het schrijven van meerdere visies over verschillende onderwerpen. Zo heb ik dit jaar een eigen ontworpen visie geschreven over veiligheidsbeleid, taal en over muziek en drama. Dit geeft mij inzicht in hoe ik tegen bepaalde zaken aan kijk en die ik hopelijk in mijn stages en leerkracht carrière kan toepassen.
Klik hier om direct naar het mensbeeld van het einde van de opleiding te gaan!